Eileen Gray is geboren in Ierland. Daarna ging ze schetsen en de techniek van oosterse lak studeren in Londen en Parijs. Daar stelde ze haar eerste werken reeds in 1913 tentoon. Omringd door de leden van de 'Union des Artistes modernes' Pierre Chareau en René Herbst, werd haar werk opgemerkt door de architecten Walter Gropius, Le Corbusier en Mallet-Stevens.
Ze associeert zich ook met Evelyn Wyld, grote artieste in de weefkunst. Samen realiseren ze prachtige tapijten met motieven die dicht aanleunen bij De Stijl of het Russische constructivisme.
Vanaf 1924, aangemoedigd door de architect en oprichter van het magazine 'Architecture Vivante' Jean Badovici, begint Eileen Gray aan de studies architectuur die zullen resulteren in de opbouw van villa E-1027 in Roquebrune. Haar werk is vooral gekenmerkt door nauwkeurig afgewerkte luxueuze objecten in een strakke, functionele stijl.